woensdag 4 december 2013

Eerlijk zeggen: wat ziet u?

Wie langs het Olympisch Stadion in Amsterdam loopt of rijdt, ziet daar een standbeeld van een atleet die met uitgestrekte arm, de vingers tegen elkaar, staat afgebeeld. Elke keer weer krijg ik er een onbehaaglijk gevoel bij. Deze week werd ik door een toerist gevraagd waarom er op die plek een standbeeld staat van iemand die de Hitlergroet uitbrengt. Leg het maar eens uit.

Het beeld werd in 1928 door de Nederlandse beeldhouwster Gerharda Rueb vervaardigd en verwelkomt de bezoekers met wat weinigen zullen herkennen als de Olympische groet (the Olympic salute). In 1936 zorgde deze groet nog voor de nodige verwarring, toen tijdens de Olympische Spelen de Franse atleten bij binnenkomst in het stadion van Berlijn deze groet uitbrachten. Cineaste Leni Riefenstahl gebruikte de beelden vervolgens in de Nazi-propagandafilm Olympia (1938) waarin het leek alsof de sporters de Hitlergroet uitbrachten. De groet en de manier waarop deze wordt uitgebracht is nagenoeg identiek.

Vandaag nog is de Olympische groet een officieel symbool van de Olympische Spelen. Het Internationaal Olympisch Comité heeft de groet namelijk nooit afgedankt. Het behoort, net als de Olympische vlag met de 5 ringen, de vlam en het Olympische motto (Citius, Altius, Fortius – sneller, hoger, sterker) tot de officiële symbolen van de Spelen.

Na de Tweede Wereldoorlog is de Olympische groet om begrijpelijke redenen in onbruik geraakt. Maar anno 2014 zou het zomaar kunnen dat sporters, aangemoedigd door het land waar zij voor uitkomen, deze groet herintroduceren. En het Olympisch Comité zal daar niets tegen kunnen doen. Het is dat Mahmoud Ahmadinejad niet meer de scepter zwaait over Iran, maar een willekeurige holocaustontkenner als hij zou het in zijn hoofd kunnen halen om deze verwarrende heilsgroet te laten uitbrengen. En wat vinden we daar dan met z’n allen van? Het kalf zal dan al zijn verdronken.

Met de Olympische Winterspelen in Sotsji in aantocht, roep ik het Nederlands Olympisch Comité op om zich bij het IOC in te zetten voor het opheffen van de Olympische groet als officieel symbool van de Olympische Spelen. Tegelijkertijd roep ik de Gemeente Amsterdam en het Stadsdeel Zuid op om het fraaie standbeeld van Gra Rueb een nieuwe bestemming te geven - bijvoorbeeld een museum – waar het met respect en de nodige uitleg kan worden tentoon gesteld. Op de plaats waar het nu staat roept het – misschien ten onrechte, maar niettemin - bij veel Amsterdammers en toeristen vooral associaties op met de zwartste periode in onze moderne geschiedenis.